De luie marathonbelegger

logo

Keytrade Bank

keytradebank.be

Luieriken lopen geen marathons. Die moeten keihard trainen, maanden aan een stuk, want het menselijk lichaam is in zijn basisversie niet geschikt om 42,195 kilometer na elkaar lopen. Dat lichaam moet daarvoor een serieuze upgrade krijgen.

Als je als een marathonloper wil beleggen, mag je daarentegen gerust wél lui zijn. Liefst zelfs. Luiheid is een deugd in de beleggingssport, want marathonbeleggers zijn betere beleggers dan spurtende beleggers. Om u van die stelling te overtuigen laat ik Zanna Massaert aan het woord. Zanna is de huisbelegster van Mister Market Magazine, en legt uit waarom marathonbeleggen de best mogelijke beleggingsstrategie is in beursland.

'Ik jog. Volgens de boekskes zit ik dus met een gezonde geest in een gezond lichaam. In de praktijk ben ik na het joggen een geestelijk en lichamelijk knalrood, druppend, hijgend en piepend wrak, dus ik twijfel of ik de boekskes zomaar mag geloven. En dan loop ik bijlange na geen 42 kilometer, zoals die Oude Griek lang geleden, die van Marathon naar Athene jogde.

Op de beurs loop ik nochtans wel een soortement marathon. Geen 42 kilometer daar, maar 42 jaar. Alreeds 22 van die jaren achter de hielen. Ik ben het keerpunt voorbij.

De grote uitdaging voor een marathonbelegger als ik, is de eindmeet halen. Volhouden dus, door krachten te doseren, het ritme aan te houden, gefocust te blijven, de geestelijke rust te bewaren. Nooit onbesuisd worden, nooit die snellere knapperd die me voorbijsteekt willen bijbenen.

Cruciaal is dat. Vraag een marathonloper na telkens 5 kilometer een sprintje te trekken om te bewijzen hoe gezwind hij wel is, en hij haalt nooit de finish. Dat tussentijds sprinten is nochtans net wat professionele vermogensbeheerders, die het geld van klanten beleggen, moeten doen. Ze horen mooie returns te genereren over de lange termijn, maar wee hen als ze eens een paar kwartalen trager lopen dan het marktgemiddelde. De stakkers. Blij dat ik het anders mag doen dan zij.

Die rust inbouwen in mijn beursmarathon is een lonende aanpak. Hoe minder ik me afbeul, hoe beter mijn rendement, zo blijkt uit een analyse van mijn jaarrendementen. In 2008 deed ik veruit de meeste transacties (27!). Het is tevens veruit mijn slechtste beursjaar ooit. In 2002, eveneens een snertjaar, kocht en verkocht ik ook veel meer dan gewoonlijk. En vorig jaar, 2018? 19 transacties, precies evenveel als in 2002! Geen wonder dat dat ook een snertjaar was.

In 2017 en 2016 deed ik in totaal 15 transacties, respectievelijk 8 en 7. Ik was in die jaren dus ruim dubbel zo lui als vorig jaar. Dat waren twee echt wel knappe beursjaren voor mij, al zeg ik het zelf. Het lesje is dus duidelijk: dit jaar moet ik luier worden, met nog 20 marathonjaren voor de boeg.

‘Ik word luier’. Dat klinkt als een goed voornemen plezieriger dan ‘ik verlies 10 kilo’ of ‘ik ga fitnessen’ of ‘ik eet geen chocolade meer’. Dit kan ik! Lang leve de luie marathonloper.'

Tot daar ons Zanna.

Die 'stakkers', de professionele vermogensbeheerders dus, beseffen overigens zelf ook wel dat het hun niet gegund is om op een gezapig tempo een marathon te lopen. Ik had vandaag een gesprek met een vermogensbeheerder, die me op het hart drukte dat ook hij vond dat volatiliteit, of de nervositeit van de voorbije maanden, eigenlijk geen gunstige maatstaf is voor risico, eerder voor opportuniteit (dat rijmt beter ook).

Dat deed me denken aan de hamburgerparabel van Warren Buffett. De 88-jarige superbelegger is dol op hamburgers, en zou elke dag op weg naar zijn werk een omweggetje maken om zijn royal crispy bacon op te halen. In zijn befaamde brief aan de aandeelhouders van Berkshire Hathaway van 1997, wijdde hij zelfs enkele zinnen aan zijn favoriet gerecht. Die zagen er zo uit.

‘Quizvraagje: als je zinnens bent je hele leven lang hamburgers te eten en je zit niet in de veehandel, hoop je dan op hogere of op lagere vleesprijzen? Het antwoord ligt voor de hand.’ (Hoe lager hoe beter).

‘Maar nu komt de hamvraag: indien je in de loop van de volgende vijf jaar geregeld aandelen wil kopen, hoop je dan op hogere of lagere beurskoersen? De meesten zijn blij met duurdere aandelen. Dat is toch absurd? Alsof hamburgereters blij zouden zijn met een prijsverhoging van hun burgers?... Enkel degenen die in de volgende vijf jaar willen verkopen zouden blij moeten zijn.’

Lach dus eens goed met krantenkoppen zoals ‘beleggers verliezen want de beurzen zakken’, want het tegendeel is waar: ‘verkopers verliezen, langetermijnbeleggers winnen.’

Tot daar onze Warren.

Wat hij daar schreef is er, zoals zo dikwijls, boenk op. Het klopt als een bus dat kopen aan paniekkoersen een enorm positieve impact heeft op het uiteindelijk rendement. Marathonbeleggers winnen als ze kunnen kopen tijdens crashes.

Maar ach, dat weet mijn vriend de treurende vermogensbeheerder ook allemaal. 'Als je op het eind van de rit een mooi rendement realiseert, wat maakt het dan uit als je voor het eind nu en dan op zware tijdelijke verliezen koerst?', sakkerde hij nog. 'Tja, maak dat onze particuliere klanten maar wijs. Na enkele verliesdagen op rij worden ze al zenuwachtig. Nog enkele dagen later zijn ze het beu en stappen ze ontgoocheld uit. Ontgoocheld in ons.

De stakker.

Pierre Huylenbroeck is de uitgever van Mister Market Magazine, boordevol beursinzichten en een door de abonnees te volgen reële portefeuille die in de voorbije 22 jaar een jaarlijks gemiddelde return van 12,1% realiseerde.

Andere artikels die u mogelijk interesseren