Hoe kunnen we u helpen?

Alles over onze nieuwe beursadministratie

1. Nieuws:

  • In het weekend van 15 en 16 april 2023 zijn we we overgeschakeld naar een nieuwe beursadministratie.

2. Veelgestelde vragen:

Het is zonneklaar dat onze nieuwe beursadministratie vragen met zich meebrengt. Hieronder hebben we al een aantal vragen opgelijst. Er zullen ongetwijfeld nog updates volgen.


Welke concrete gevolgen heeft de overschakeling naar de Average Purchase Price (APP) bij de nieuwe beursadministratie?

Voor alle posities in een portefeuille geven we in onze ‘nieuwe’ beursadministratie de Average Purchase Price (APP) (en dus niet meer de Break Even Price (BEP)).

Daardoor wijzigt het rendement van posities waar de BEP en de APP verschillend zijn. Het rendement van een positie wordt namelijk bepaald door een vergelijking van de huidige koers van het instrument met de APP.

Opgelet, dit is enkel te zien bij posities waarvoor er in het verleden al eens een of meerdere gedeeltelijke verkopen werden uitgevoerd. Wanneer u een positie ooit volledig verkoopt, geldt dat als het ware als “het indrukken van een resetknop”.

In de berekeningswijze van de Average Purchase Price (APP) wordt er géén rekening gehouden met transactiekosten en/of taksen. Enkel aankoop- en/of verkoopprijzen spelen een rol.


Wat is het verschil tussen een Average Purchase Price en Break Even Price?

Doorheen de jaren merkten we dat klanten vaak verrast waren over de berekeningswijze van de Break Even Price (BEP) en eigenlijk veeleer een Average Purchase Price (APP) - gemiddelde aankoopkoers - verwachten. Met een voorbeeld maken we het verschil in berekening tussen BEP en APP duidelijk.

Voorbeeld

U koopt een aantal aandelen X in verschillende schijven:

  • Eerste aankoop: 100 stuks X aan 10EUR .
  • Tweede aankoop: opnieuw 100 stuks X, ditmaal aan 15EUR .

Hierbij is de berekening van BEP en APP identiek:

(100 stuks * 10EUR ) + (100 stuks * 15EUR ) / 200 stuks = (1000EUR + 1500EUR ) / 200 stuks = 2500EUR / 200 stuks = 12,50EUR

==> De BEP is 12,50EUR en de APP is 12,50EUR .

Van zodra u een gedeelte van uw positie verkoopt, is er een verschil tussen BEP en APP. Een gedeeltelijke verkoop heeft op de APP geen impact. De APP blijft 12,50EUR , maar de BEP wijzigt wél.

Stel dat in ons voorbeeld aandeel X naar 20EUR stijgt en u besluit de helft van uw positie te verkopen, dan krijgt u dit:

  • Beginsituatie: 200 stuks X voor een investeringswaarde van 2500EUR
  • Transactie: verkoop 100 stuks X aan 20EUR per aandeel -> Die verkoop levert dus 2000EUR op.

De berekening van de BEP is dan als volgt:

(2500EUR2000EUR ) / (200 stuks – 100 stuks) = 500EUR / 100 stuks = 5EUR .

==> De BEP is zonet gedaald van 12,50EUR naar 5EUR . De APP bedraagt nog altijd 12,50EUR want deze houdt geen rekening met deze verkoop.


Waarom is die BEP gedaald?

De BEP geeft de prijs aan waartegen u de resterende stukken zou moeten verkopen om break even te zijn op de resterende positie. Met andere woorden om noch winst, noch verlies te maken op uw oorspronkelijke belegging. De BEP is dus een heel andere aanpak dan een gemiddelde aankoopkoers (APP). Niet beter, niet fout. Maar wel een heel andere manier om dezelfde realiteit te bekijken. Wanneer de BEP negatief was – want dat is heel goed mogelijk - kregen we nogal wat vragen van onze klanten.


Terug naar ons voorbeeld:

Stel dat de gedeeltelijke verkoop van 100 stuks van aandeel X niet aan 20EUR , maar aan 30EUR gebeurde:

  • Beginsituatie: 200 stuks X voor een investeringswaarde van 2500EUR met een BEP/APP die 12,50EUR per stuk bedraagt.
  • Transactie: Gedeeltelijke verkoop van 100 stuks X aan 30EUR per stuk (3000EUR ).

Berekening van de BEP wordt dan:

(2500EUR3000EUR ) / (200 stuks – 100 stuks) = -500EUR / 100 stuks = - 5EUR

De BEP is met – 5EUR zonet negatief geworden. En dat is de logica zelve. U heeft immers reeds 500EUR méér dan uw startbedrag gerecupereerd. Een negatieve BEP is dus eigenlijk … héél positief nieuws. De APP is daarentegen ongewijzigd gebleven, want die houdt geen rekening met verkooptransacties.

Weet wel dat in de berekeningswijze van een BEP of een APP géén rekening wordt gehouden met transactiekosten en/of taksen. Enkel aankoop- en/of verkoopprijzen spelen een rol.


Voor optiebeleggers: waar wijzigt het optiemodel van Keytrade Bank qua risicoberekening?

Ons nieuwe optiemodel maakt een inschatting van de waardering van uw optieposities in 16 verschillende scenario’s. Elk van deze scenario’s vertegenwoordigt een specifieke prijsbeweging en wijziging van de volatiliteit van de onderliggende waarde.

Beide zijn belangrijk om de prijs van een optie te evalueren. De nieuwe margeberekening selecteert het scenario met de meest negatieve impact om uw margeverplichting te bepalen. Bij meerdere onderliggende waarden staat de margeverplichting gelijk aan de som van de margeverplichtingen van elke onderliggende waarde afzonderlijk.


Wat zijn de praktische implicaties van de wijziging naar een nieuw optiemodel?

Hou er rekening mee dat:

  • de margeverplichting bij het nieuwe optiemodel voor sommige short opties hoger zal liggen. Dit kan het geval zijn voor optiebeleggers die eenzijdige posities hebben (bijvoorbeeld énkel ongedekte shortposities).
  • de margeverplichting in het nieuwe model hoger zal zijn dan in het bestaande model voor far-out-of-the-money short putopties.
  • ook long optieposities zouden kunnen gesloten worden, wanneer er onvoldoende cash beschikbaar is op uw effectenrekening om uw short posities te sluiten. Dat zou kunnen gebeuren wanneer op de markt het meest negatieve scenario (van de 16 verschillende scenario’s uit het model) zich voltrekt – of zelfs een nog extremere marktsituatie.
  • het aangewezen is bij het openen van nieuwe short optieposities om niet te agressief te zijn in het gebruik van uw marge. Op die manier houdt u voldoende cash over om posities te kunnen sluiten.

Kortom, over het algemeen zal er bij de nieuwe beursadministratie en het nieuwe optiemodel voor beleggers in short opties meer cash vereist zijn.